Hennie Kok vertelt over “De onbekende soldaten van Napoleon”



Evenementgegevens

  • Datum:

Hennie Kok:

Dienstplicht in de tijd van Napoleon in Twente

Hennie Kok was in zijn actieve leven informaticus bij Philips. Als gepensioneerde studeerde hij geschiedenis bij de Universiteit Utrecht waar hij in 2008 zijn Masterstudie afrondde. Hij is nu bezig met een promotieonderzoek met als thema: De invoering van de dienstplicht in Twente

Hij geeft een presentatie over de invoering van de dienstplicht in Twente en in het bijzonder over het lot van de dienstplichtigen. Het gaat vooral om de jongelieden die in de Napoleontische tijd (1811 – 1813) in het leger moesten.

 De natievorming in de negentiende eeuw werd vooral door drie factoren bepaald namelijk verbeterde verkeersverbindingen (treinen, Napoleonwegen), onderwijs en dienstplicht. Ook andere aspecten speelden een rol als invoeringen van de Burgerlijke Stand, een uniform rechtstelsel en kadaster. In Twente speelde ook de verdeling van de gemeenschappelijke gronden van de marken en de opheffing van de horigheid een belangrijke rol.

Wat de rol van de invoering van de dienstplicht in Twente is geweest? Tot nu toe is daarover weinig tot niets vermeld. Hoe reageerden de Twentenaren op de conscriptie zowel de militairen (dienstplichtigen, vrijwilligers, vervangers) als hun huisgenoten en de wijdere samenleving ? Wat deed de overheid tegen ‘onwilligheid’ en desertie? En dat alles tegen de Twentse achtergrond van geen militaire traditie, geen identificatie met de nationale overheid en relatief gezien redelijke bronnen van inkomsten.

Presentatie

 

De presentatie richt zich vooral op wat er qua dienstplicht binnen de 17 gemeenten van de 6 kantons van Twente is gebeurd. De kantons inclusief hun aantal gemeenten waren: Almelo (3); Delden (3); Enschede (2); Goor (4); Oldenzaal (3) en Ootmarsum (2). Centraal staat het lot van 2961 dienstplichtigen waarvan er 781 in dienst moesten, 123 zich lieten vervangen. In totaal keerden 501 militairen uit Twente niet terug. Dat waren 401 dienstplichtigen, 50 vervangers en 50 beroeps.